In februari 2009 maakte ik een nestkast voor zwaluwen en hing die onder het overstekende riet van het dak. Deze zomer zag ik dat er enkele weken lang hommels het kastje in- en uit vlogen terwijl één hommel steeds in de buurt van het vlieggat de wacht hield, vreemde hommels werden weggestuurd. Een vogeltje heb ik nooit met nestmateriaal naar binnen zien vliegen.
Vandaag besloot ik het kastje schoon te maken (ik hoop nog steeds op zwaluwen) en schroefde de voorkant los. Dat losschroeven was geen probleem, maar er zat iets binnenin dat het loshalen bemoeilijkte. Met een draaiende beweging kreeg ik het front los zonder te veel van de inhoud van de kast te beschadigen. Er bleek wel degelijk een gebruikt vogelnest in het kastje te zitten, het zat boordevol nestmateriaal en restanten van eitjes. Aan de vorm van het nest te zien lijkt het op een huisje van een Winterkoning, maar het restant eischaal is daarvoor te groot.
Aan de zijkant van het nest, tussen het nestmateriaal van de eerste gebruiker en de voorkant van het kastje zit het werk van de in en uit vliegende hommels: een nest! Dat wil zeggen een zeer groot aantal, dicht opeen en aan elkaar vast gesponnen coconnetjes waarin gele larven overwinteren om - normaal gesproken - in het voorjaar weer als hommel uit te vliegen. Maar hommels hebben we echt genoeg, de inhoud van het nestkastje ligt nu op de composthoop; misschien dat er van het voorjaar nog een paar weten te ontsnappen.