V L I E G E R E N
In de zestiger en zeventiger jaren heb ik heel wat vliegers gebouwd. De grootste maakte ik van een op het Waterlooplein gekochte parachute. Dat was een veel te zwaar gevaarte van enkele vierkante meters groot, maar het ging wel de lucht in. De kleinste, niet groter dan een RIZLA+. blauw vloeipapiertje opgelaten aan een draadje zwart naaigaren, deed het veel beter. Het vliegeren, het iets in de lucht laten 'staan' zit in mijn bloed, deels vanwege het spel, maar niet in het laatst om de techniek. Het 'in elkaar zetten' van een paar lapjes papier of stof, het maken van de ribben (vroeger bamboe/hout, nu koolstofvezel) geeft mij veel voldoening. Het in de lucht laten is dan de kroon op het werk.
Op mijn speurtocht naar ideeën kwam ik deze site tegen met o.a. een 'bouwtekening' van een vogel-vlieger. Een vrij simpel ontwerp en makkelijk mee te nemen op vakantie.
Op mijn speurtocht naar ideeën kwam ik deze site tegen met o.a. een 'bouwtekening' van een vogel-vlieger. Een vrij simpel ontwerp en makkelijk mee te nemen op vakantie.

Ik kocht wat rip-stop nylon doek, koolstofstaf van 2 m/m eindstopjes en een toomlijn. Na het maken van een kartonnen mal en het uitsnijden van twee helften uit de zeer gladde stof, kroop ik voor het eerst sinds tientallen jaren weer achter de naaimachine. Het naaien verliep niet geheel vlekkeloos, maar voor ik het wist kon ik gaan proefvliegen. De wind bleek veel te hard, maar zweven deed hij wel! Het gaf een heerlijk gevoel om weer eens zo bezig te zijn.
