O O R K O N D E 1 9 7 1
Een enkele keer heb ik een job aangenomen waar ik later spijt van kreeg. Niet omdat ik het niet met het ontwerp of uitvoering eens was, maar omdat ik te gretig ja zei op een vraag of ik het zou kunnen, zonder de consequenties te overzien. Deze 'oorkonde' was het idee van een bevriende grafisch ontwerper, dat wil zeggen hij kwam met een 'basis idee' bij mij en vroeg of ik het tot een bruikbaar object kon uitvoeren waarin hij het drukwerkje kon verstoppen. De 'oorkonde' zou aan alle deelnemers van de Internationale Scholieren Sportontmoeting Amsterdam 1971 als herinnering meegegeven worden.
Het probleem zat in het materiaal en mijn gebrekkige 'machinepark'. Het op maat zagen van een acrylaat (Plexiglas) buis is op zich geen probleem, maar dat doen zonder dat het nabewerking behoeft is wat anders. Voor de bodem (vast) en de deksel (los) moest ik een buis hebben die precies paste! Op zo'n moment ontdek je dat er heel veel maatverschillen zijn en dat er groot verschil is tussen 'gegoten' en 'geëxtrudeerd' materiaal. De bodem moest klem zitten en de deksel moest klemmen maar ook uitneembaar zijn.
A helluva job!
De zes ringen van acryl staf materiaal gaven een nog groter probleem. De eerste partij 'staf' bleek niet met de vlam te verwarmen, het ging 'koken' en vormde bubbels. Ik moest de staf verwarmen om te kunnen wikkelen en zonder wikkelen geen ringen. Dat wikkelen deed ik op mijn oude draaibank die ik heel langzaam kon laten lopen.
Acrylaat wordt zacht na verwarming en is dan te vervormen, na afkoeling behoudt het de vorm waarin het gebracht is. Je moet je dus voorstellen dat tussen de centers van de draaibank een staf of buis geklemd zit met de binnendiameter van de ringen die je nodig hebt. In die buis of staf boor je een gat waarin het te wikkelen materiaal past. Dan verwarm je het spul en zet de draaibank aan, er ontstaat dan een 'spiraalveer'. Maar ook dit lijkt makkelijker dan het is: trek je te veel aan het materiaal, dan ontstaat er een platte kant. Trek je te weinig, dan wordt de spiraal te los. Na het wikkelen gaat de 'spiraal' over de cirkelzaag en ontstaan de ringen. Maar ook daarbij kan het nodige mis gaan. Per spiraal moeten de ringen bij elkaar blijven om het passend te houden. Tot slot moest ik het drukwerkje in de 'zaagsnede' van de ringen schuiven en een passende sluitring zoeken. De oplage was 160 stuks, ik denk dat ik meer dan het dubbele aan materiaal heb verbruikt, waar ik verder niet veel meer mee kon dan weggooien.
De zes ringen stonden voor de zes deelnemende landen, je kon ze als een korte ketting schakelen ten teken van de hechte vriendschap.
Een Olympische gedachte.
Het probleem zat in het materiaal en mijn gebrekkige 'machinepark'. Het op maat zagen van een acrylaat (Plexiglas) buis is op zich geen probleem, maar dat doen zonder dat het nabewerking behoeft is wat anders. Voor de bodem (vast) en de deksel (los) moest ik een buis hebben die precies paste! Op zo'n moment ontdek je dat er heel veel maatverschillen zijn en dat er groot verschil is tussen 'gegoten' en 'geëxtrudeerd' materiaal. De bodem moest klem zitten en de deksel moest klemmen maar ook uitneembaar zijn.
A helluva job!
De zes ringen van acryl staf materiaal gaven een nog groter probleem. De eerste partij 'staf' bleek niet met de vlam te verwarmen, het ging 'koken' en vormde bubbels. Ik moest de staf verwarmen om te kunnen wikkelen en zonder wikkelen geen ringen. Dat wikkelen deed ik op mijn oude draaibank die ik heel langzaam kon laten lopen.
Acrylaat wordt zacht na verwarming en is dan te vervormen, na afkoeling behoudt het de vorm waarin het gebracht is. Je moet je dus voorstellen dat tussen de centers van de draaibank een staf of buis geklemd zit met de binnendiameter van de ringen die je nodig hebt. In die buis of staf boor je een gat waarin het te wikkelen materiaal past. Dan verwarm je het spul en zet de draaibank aan, er ontstaat dan een 'spiraalveer'. Maar ook dit lijkt makkelijker dan het is: trek je te veel aan het materiaal, dan ontstaat er een platte kant. Trek je te weinig, dan wordt de spiraal te los. Na het wikkelen gaat de 'spiraal' over de cirkelzaag en ontstaan de ringen. Maar ook daarbij kan het nodige mis gaan. Per spiraal moeten de ringen bij elkaar blijven om het passend te houden. Tot slot moest ik het drukwerkje in de 'zaagsnede' van de ringen schuiven en een passende sluitring zoeken. De oplage was 160 stuks, ik denk dat ik meer dan het dubbele aan materiaal heb verbruikt, waar ik verder niet veel meer mee kon dan weggooien.
De zes ringen stonden voor de zes deelnemende landen, je kon ze als een korte ketting schakelen ten teken van de hechte vriendschap.
Een Olympische gedachte.
Mijn exemplaar na bijna 40 jaar, een beetje gekrast en verfrommeld maar niet vergeeld!
OOO
OOO
OOO