Pagina's

31 oktober, 2007

P I G S / V A R K E N S



Begin jaren vijftig woonden wij aan een uitvalsweg, ik meen de Dordtsestraatweg richting Barendrecht in Rotterdam Zuid (die plek is niet meer terug te vinden!). Het was een groot vrijstaand herenhuis op een in mijn kinderogen enorme lap grond. Onze ouders hadden de beschikking over de gehele begane grond, d.w.z. een meter boven de grond, in de stad noem je dat geloof ik beletage. Er zat een half ondergrondse kelder onder, waar Pa in theekisten witlof teelde.
Boven ons woonde een echtpaar dat in een schuurtje met uitloop in de tuin twee varkens vetmestte. Eens in de week (in mijn herinnering) kookte hij in een enorme pot boven een houtvuur een heerlijk ruikende, maar ook smakende (wij mochten proeven) brij. De varkens kregen dit in een trog met emmers vol toegediend. Ik hoor ze nog smakken! Overigens waren ze ook niet vies van strohoedjes en ander in onze ogen onverteerbaar materiaal.
We weten hoe we vijftig jaar later in Nederland met varkens omgaan - vrij buiten lopen mag niet meer - en hoe de 'varkensboeren' de toekomst zien!


In Schotland, in de schaduw van Tantallon Castle en Bass Rock passeerden wij dit veld met zeugen en biggen, zo kan het dus ook nog. Ik denk dat het een biggenfokkerij was als deel van een gemengd bedrijf. Helaas zullen naar alle waarschijnlijkheid ook deze rose moppies na een zorgeloze jeugd in alle vrijheid naar een flat verhuizen, waarna 'moeders' weer zaad ingespoten krijgt om de zoveelste generatie op de wereld te zetten.









Lief hè

@ L.





30 oktober, 2007

S N O E K I E




Een goede drie weken geleden stuurde onze VISVRIEND mij deze foto, hij was wezen 'snoeken'en had een tweetal exemplaren van ± 60 cm aan de haak geslagen. Niet echt om over naar huis te schrijven, maar toch....een foto waard!
Toch jammer dat hij zelf niet meer publiceert, hoewel......


+



Gomphocarpus symphocarpus

?





Gomphocarpus symphocarpus is de naam die K. doorgaf, de bevriende tuinder van wie ik zaailingen kreeg, toen ik hem vroeg hoe die plantjes ook al weer heten. Zijdeplant had hij eerder gezegd. Maar als ik op die naam ga zoeken is er niets te vinden, wel de Gomphocarpus psysocarpus. Hoe zit dat, K?
Nu de drie plantjes
1.70m groot zijn geworden en gebloeid hebben, zitten er een paar prachtige zaaddozen aan. Bij het zien daarvan riep L. meteen: dat is de Swan plant! de Gomphocarpus fruticosus, en inderdaad lijkt het erg op elkaar, het is ook de zelfde familie der Asclepiadaceae, de Zijdeplantfamilie!
Volgens de laatste, Belgische link ook wel Ballonplant, ballonkatoenstruik of zwanenplant (melkkruid) genoemd.
In Australië hebben ze het over de Narrow-leaf Cotton Bush (milkweed of wild cotton), hetgeen volgens L. niets met katoen te maken heeft.
Het verschil tussen de planten is duidelijk zichtbaar als je kijkt naar de vorm van de zaadbol.



Gomphocarpus fruticosus

@
K





29 oktober, 2007

H E R F S T A C H T I G






Het was zondag weer heerlijk wandelweer, het was nog niet echt een dik tapijt van bladeren om doorheen te waden, maar herfstachtig was het zeker. We kozen voor de Kooilaan, een fiets/wandelpad in de buurt van Elshout. Het gebied met natte graslanden is in bezit van Natuurmonumenten. Paarden en koeien begrazen de weiden, vogels zagen we bijna niet. Dit in tegenstelling met de beschrijving van de wandeling, zie link Natuurmonumenten. We zagen wel een wonderlijke vlinder, maar dat bleek een vuurwerkje te zijn.
Verder veel paddestoelen, de mooiste half vergaan hangend in een tros aan een boom. Maar dat is mijn persoonlijke mening.






*


28 oktober, 2007

LOQUAT


Een jaar of vier/vijf geleden kocht L. bij de Turk vruchten die ik nog nooit gezien, laat staan gegeten had. Er zaten intrigerende glanzende pitten in. Het bleken Loquat's te zijn, ook wel Japanse mispel genoemd. De botanische naam is Eriobotrya japonica. Een aantal van die glanzende zaden stopte ik in een potje en tot mijn grote verbazing ontkiemden ze bijna allemaal. Nu, ik denk vijf jaar later heb er een die al die tijd in een grote pot had gestaan op de leeggekomen plek tegen de gevel van mijn werkplaats geplant. Hij is nu manshoog (1.90m) Als de boom het volhoudt zal hij over een jaar of zes de hele gevel bedekken. Vruchten zal hij in ons klimaat wel niet geven, maar je weet het nooit.
De zaailing in het potje is van dit jaar, als er liefhebbers voor zijn dan hoor ik dat graag. Ik heb er twee.






Dit is een volgroeide Loquat die ik ontdekte toen ik in Auckland op Lindsey stond te wachten. Wij hadden ons campertje er precies naast geparkeerd. Ik dacht het blad te herkennen en vroeg aan de vrouw die het huis uit kwam of het een Loquat was. Zij antwoordde bevestigend en zei gek te worden van het vele fruit dat er af kwam. Het is de enige volwassen Loquat die we gezien hebben.



^


27 oktober, 2007

LABASTIDE-MURAT





Desmond Morris 'De Naakte Aap'.


Van het Hollands toilet heb ik geen foto, maar van de kraan waar ik het in het vorige verhaaltje over had wel. We gebruikten hem niet alleen om water voor de koffie te halen maar ook als onze 'badderkraan'. Ik schoor mijn kin in die dagen niet, maar onze vriend wel. Zijn lange haar was één keer de reden voor een hotelier ons te weigeren.



Ondanks de 'ontberingen' hadden we ook veel lol. Eén van mijn spijkerbroeken had ik kort geknipt, van de pijpen maakten we petjes.



Foto's : Marion


Speciaal voor Th.





*



25 oktober, 2007

HOLLANDS TOILET ?!







Eind zestiger jaren huurden wij samen met onze beste vrienden een huisje in Labastide-Murat, ergens diep in Frankrijk. Marion had in de grootste krant van Nederland een aanbieding gevonden die ons wel wat leek. Met onze Ford 17M Stationwagon deden wij er twee dagen over. (Ik was de enige met een rijbewijs.) Het vinden van een hotelkamer was geen eenvoudige zaak. In de ogen van Franse plattelands hotel eigenaren waren wij veel te 'hip'. Pas bij de vierde poging hadden wij geluk, mits we er ook zouden eten! (Maar dat is een verhaal op zich.) De volgende dag kwamen wij in de buurt van onze bestemming. Het dorp hadden we gevonden, het vooruit betaalde huisje nog niet. We hadden een adres en een nummer, maar daarin kan je niet slapen. Nadat we enkele rondjes gereden hadden en het inmiddels donker was geworden, klopten we aan bij een boerderij. De man begreep waar we naar op zoek waren en bood aan vóór te rijden. Op een plek waar we al meerdere keren langs gereden waren, dook hij de bosjes in. Het bleek de toegangsweg tot niet één huisje, maar drie. Alle drie leeg, we konden kiezen! We kozen het huisje wat ons het meeste aansprak. In de advertentie had gestaan dat het huisje voorzien was van water, elektra ,Hollands toilet en meerdere slaapkamers. Bij het binnengaan van het huis en na het omdraaien van de schakelaar, gebeurde er niets! Geen licht. Met een zaklantaarn beschenen we de ruimte, de beloofde meerdere slaapkamers waren met 'hard-board' gecreëerde wandjes rond een bed. Over het voeteneinde van het bed hing beddengoed. Toen we dat optilden sprongen de muizen eruit. De volgende morgen zagen wij dat 'het elektra' bij het huis was afgebroken. (Dat bleek later al jaren zo te zijn.)In het dorp kochten we kaarsen. Het water bleek één kraan te zijn, die strategisch in het midden van de drie huisjes was geplaatst. Het 'Hollands toilet' was niet meer dan een Brabantia bril+deksel, boven een gat, enigszins afgesloten door een timmerwerkje. We vonden het pas na ons een weg door de brandnetels en bramen gebaand te hebben.
De 'Longdrop' van Simon in Schotland is daarbij vergeleken een juweel.

*


24 oktober, 2007

STRAND VONDST




De dag voor ons vertrek uit Schotland (we stonden twee nachten op de camping bij Tantallon Castle, ten oosten van North Berwick), maakten we een lange strandwandeling van de camping naar het Scottish Seabird Centre en weer terug. Vergeleken met de vooral Franse kust (Het Kanaal), maar ook de Hollandse en Belgische Noord Zee kust is het strand een verademing, bijna geen vuil. Het zal wel aan de stroming liggen. Wat we wel vonden was dit restant van een Zee-egel. In Nieuw Zeeland vonden we vaak stukken van het skelet, prachtig groen van kleur. Weke delen hebben we daar niet gezien.
Ik denk dat dit exemplaar door een liefhebbende zeevogel opgedoken en geconsumeerd is. De echte weke delen zijn verdwenen, wat rest zijn een paar stekels,kraakbeen en stukjes 'schaal'.



Bass Rock.




In het Schottish Seabird Centre stonden kijkers opgesteld om naar de Gannets (Jan van Genten) op Bass Rock te kunnen kijken. Maar vanaf onze standplaats op de camping hadden we een betere kijk op de kolonie. De telelens van de Sony haalde de vogels dichtbij. (Klik op de foto en geniet.)



*


23 oktober, 2007

KLAAR IS KEES......EN HUIB,
nu mag ik weer aan de slag.





De schilders Kees en Huib dragen altijd een pet om hun haardos voor spetters te behoeden. Ik heb praktisch geen haar, dus daarvoor hoef ik het niet te doen. Maar ik beschadig mijn hoofd regelmatig een pet zou een oplossing zijn maar is niet zaligmakend. Ik heb petten, hoeden en mutsen, te klein, te groot of te kriebelig. Slechts één muts draag ik elke winter elke dag, de oudste! Eén pet is voor het maaien, één hoed kan mij bekoren om me te behoeden tegen de zon. Maar een pet, hoed of muts voor elke dag, zoals bij de schilders kan ik net zo min velen als een polshorloge.






















.




PASTIE OF PAST IE NIE.....

*