Pagina's

22 oktober, 2007

21 oktober, 2007

VESPA CRABRO ?




Rond Slot Loevestein is het heerlijk wandelen, zeker in het voor-en najaar. Niet omdat het er in de zomer druk is, maar vanwege de kleuren en geuren die in deze perioden sterker zijn. In het gebied loopt o.a. een kudde Schotse hooglanders, waarvan je een meter of 25 vandaan moet blijven volgens de bordjes. Vanmiddag stond bijna de hele kudde op het enige goed beloopbare toegangspad.Voor de zekerheid kozen wij voor een omtrekkende beweging langs smalle blubberpaden. Geleerd van een vorige keer hadden wij nu onze laarzen meegenomen.
Ergens langs deze route zagen we een wespennest in een holte van een wilg. Er vlogen knoerten van wesp-achtigen in en uit. Helaas zijn de opnames die ik daarvan maakte niets waard, totaal onscherp. Daarom is ook niet met zekerheid te zeggen dat het de hoornaarswesp (Vespa crabro) was die we zagen. Maar ik denk het wel. Binnenkort gaan we nog een keer kijken en nemen dan de Sony mee.



Op het pad waar op de heenweg de kudde stond, vonden we op de terugweg de restanten van een zwaan. Die vindt je zelden (behalve als ze aangereden zijn), onduidelijk was de doodsoorzaak.


*


20 oktober, 2007

1941-2007





1941

Rond 1991 (of misschien al veel eerder)stopte er een auto naast ons huis, de bestuurder vroeg mij of het huis ons beviel. -Hoezo ?- vroeg ik hem. -Ik ben hier geboren- was het antwoord. Kom dan even binnen en vertel, zei ik.
Later stuurde hij ons twee foto's, het huis in 1941 en hij als baby bij moeder op schoot vóór het huis. Stom genoeg ben ik vergeten hoe hij heet.


Een jaar of wat geleden kreeg ik weer een foto van iemand die in dit huis geboren is. Het was de oudste dochter van Rooie Hannes van wie wij het huis kochten. Zij stuurde mij een foto van het huis rond 1948.


1948

Dertig jaar later kochten wij het. Het was gemoderniseerd maar totaal verpest. Er zaten andere kozijnen in en de voordeur was verdwenen. Van de luiken heb ik alleen wat 'geheng' teruggevonden. Bijna alle ingrepen waren in de voorgevel terug te vinden. Bij de grote verbouwing in 1995 heb ik er aan gedacht de gevel opnieuw te laten zetten. Vanwege financiële maar ook praktische overwegingen besloot ik te pleisteren, nu pas is het er van gekomen.



1978



2007



*




19 oktober, 2007

IZAK


Deze boerderij staat tien nummers verder dan de onze langs de dijk. Hier is Izak geboren. Tot dit huis kwam in 1953 het water. Zijn moeder heb ik wel gezien maar nooit gesproken, zijn vader wel. De kamer achter het linker bovenraam was van Ies (Izak), dat weet ik omdat ik hem daar ooit zichzelf, na een dag hard werken zag uitkleden.Ik nam wel eens een vracht 'messing'(mest) van hem af. Pas jaren later, omdat Lindsey zo graag echte verse melk wilde en hij de enige in de buurt was die dat kon leveren raakten wij in gesprek. Hij vertelde dat hij van jongs af aan op de boerderij gewerkt had voor zijn vader weliswaar, daarvoor kreeg hij kost en inwoning, geen loon! Hij kon dus geen kapitaal opbouwen. Zijn broer ging 'uit werken' en kon dat wel.
Toen Izak de vrouw die hij al jaren beminde eindelijk kon huwen liet hij op het erf een 'chalet' neerzetten. Hij, maar vooral zijn vrouw wilden niet bij PA in het ouderlijk huis wonen. Niet alleen omdat PA een despoot was, maar ook omdat dat huis net zo slecht was als het onze.
Ies runde de boerderij zoals hij van zijn vader geleerd had, de melktank en daarbij behorende electronica waren als een vlag op de modderschuit in de verder middeleeuwse stallen. Maar het was er heerlijk toeven.
Van de gemeente mocht hij vijf jaar in het chalet wonen, na de dood van zijn vader zou hij het ouderlijk huis moeten betrekken. Maar zijn familie wilde geld zien en dat had Ies niet. Dus werd het huis verkocht aan een plaatsgenoot die te veel heeft.





Om het verhaal kort te houden, Izak, de enige echte boer in Veen, (hier maak ik onderscheid tussen boer en ondernemer)legt het loodje, het hart verliest, de regels winnen. Hij moet voor het eind van het jaar het chalet verlaten (let wel niet het bedrijf)en elders gaan wonen, anders volgt het innen van dwangsommen. En als je weet dat deze man bij zijn beesten slaapt als er jong moet komen en anders elk moment van de nacht alert is bij elk vreemd geluidje, vraag je je af wat de ambtenaren willen bereiken met hun harteloze optreden.
Izak heeft na de dood van zijn vader al een stapje terug moeten doen. Melken doet hij niet meer, in de stal loopt jong vee om mee te fokken en wat vleesrunderen. Daarnaast wat grasland en aardappelen. Hij is nu HOBBYBOER en krijgt een salaris voor het rondbrengen van brieven voor TNT, veel zal het niet zijn.


+



18 oktober, 2007

Bijna 30 jaar later






Nog een dag of twee werk voor de schilders en de klus zit er op. In 1978 kochten Marion en ik deze puinhoop. -Wat moet je met dat kippenhok?- vroeg één van onze vrienden mij. -Iets moois van maken- was ons antwoord.


$


17 oktober, 2007



R E G E N Z U I L




Ik behoor tot het type mens dat het liefs alles zelf doet. Ik bedoel dan niet alleen het maken van beelden, maar ook de werkzaamheden in en rond het huis. Soms gaat het dan sneller/beter maar in het algemeen kom ik niet aan de afronding toe. Er moet altijd 'iets te doen' blijven! 'Af' kan niet goed zijn, een werk is nooit af. Ik kan daar goed mee leven, maar anderen stoort het. En soms is het goed dat het stoort, dat gebeurt er tenminste wat! Na de stukadoor kwamen de schilders, zij hebben al het houtwerk rondom te pakken genomen, het ziet er weer prima uit. De muren wilde ik zelf doen, maar ik mag toekijken! Ik moet toegeven, zij pakken het grondiger aan dan ik ooit gedaan zou hebben. En nu zijn ze - op bevel van hogerhand - ook nog begonnen aan mijn werkplaats! Slechts één gevel blijft er voor mijzelf over, die aan de slootkant, ziet toch niemand!
Wat een schat! Het geeft mij rust en ruimte.

Het houten vat op de hoek van het huis dat tien jaar dienst deed als regenton was aan vervanging toe.
In de zomereditie van 'De kleine aarde' kwamen wij een 'regenzuil' tegen, vanmiddag zijn we er een gaan halen. Als het schilderwerk klaar is mag IK hem plaatsen! Hij is van kunststof maar ziet er steenachtig uit, het is een Nederlands ontwerp dat door KILIAN WATER op de markt werd gezet.

Uit De Kleine Aarde:

Kilian water is een adviesbureau in waterbesparing, afvalwaterzuivering en infiltratie van hemelwater in de bodem. René Kilian, de oprichter, is in 1997 begonnen. Later kwam Caspar Bosma en nog wat later Gerrit Box. René Kilian is intussen actief in Denemarken: www.kilianwater.com. Allen zijn afgestudeerd aan de Universiteit in Wageningen in milieuhygiëne en allen met een zware nadruk op waterzuivering.

De duurzaamheidsoverweging in het werk is altijd groot, we zijn geen club van dozenschuivers maar streven naar perfectie in milieurendement van de geleverde systemen. Zonder betrokkenheid van de gebruiker is de kans op succes voor bijvoorbeeld hemelwaterbenutting klein en zullen wij erg terughoudend zijn om deel te nemen aan een project. Het energieverbruik van onze systemen houden wij scherp in de gaten, uiteindelijk zijn milieutechnisch en economisch rendement gebaat bij een laag energieverbruik.

Wij leveren zelf, afgezien van de regenzuil, geen producten. Dit garandeert dat wij vanuit uw situatie naar de markt kijken en niet andersom. Daar vaart de keuze uit systeemonderdelen wel bij want we lopen dus altijd voorop. Voorop inzake duurzaamheid en rendement van uw systeem!



Orso Design

De Orso Regenzuil kreeg in 1998 de ICSD Excellence Award, een internationale prijs voor industriële vormgeving. De Orso Regenzuil werd uitgekozen omdat het product het resultaat is van een unieke samenwerking tussen industrie en designer.

Ontwerper Marc de Jonghe: 'De Orso Regenzuil zet de gebruiker aan tot gebruik van hemelwater. Daardoor heeft ze een grote ecologische waarde'. De Regenzuil is gemaakt uit hoogwaardig PE (polyethyleen), een grondstof die het milieu weinig belast.

Klik hier voor Orso Design.


*



16 oktober, 2007

Z E L F P O R T R E T



Het is waar, de problemen komen bij het ouder worden als vanzelf, je hoeft er niets voor te doen. Het behoort bij de cyclus van geboorte en dood. We mogen even meedoen, maar eens loopt het af. We zijn ons ervan bewust maar willen het niet weten.
Het zelfportret van de jonge Rembrandt straalt voor mij die wetenschap uit. Anderen noemen het een verbaasde blik.
Als ik naar mijzelf kijk zie ik een man die wel wil, maar niet meer kan wat hij vijf jaar geleden nog kon. Op zich niet vreemd, een ouder lichaam kan minder dan een jong lichaam, maar het gaat veel te snel!
De middag voordat ik naar het ziekenhuis moest sprak ik mijn buurman Frank, ik moest iets aan hun tafel doen. Hij vertelde dat hij een paar TIA'S had gehad, de volgende morgen zou onderzoek naar de oorzaak volgen.
Terwijl ik in het ziekenhuis lag voor mijn poliepen kreeg hij de klap die hij niet had verwacht. Hij is nu half verlamd, als hij er al bovenop komt duurt dat maanden. Zijn overbuurman, een huisschilder, aangetast door de oplosmiddelen is voor de laatste keer thuisgekomen. Onze buurman-over de sloot-die al jaren 'spoelt' krijgt vandaag een nier van een naamgenoot uit het dorp. Voor beiden een riskante onderneming!
Ik heb jarenlang met asbest en andere rotzooi gewerkt, Lindsey idem dito, misschien hebben we geluk. We zien wel waar het schip strandt.
Tot dan is ons motto: 'geniet zo lang je kan.' Het is afgezaagd, maar oh zo waar!


+






15 oktober, 2007

B A R C O D E






Tien jaar geleden kreeg je als patiënt een armbandje met je naam en afdeling erop, nu staan er ook nog twee maal twee barcodes op.
Een aatal keren per dag komen ze langs met een medicijnkarretje waarop een laptop. Met een scanner -mijnheer mag ik even- pakken ze de code en lezen op het scherm af of je wel dan niet iets moet of mag hebben.
Je voelt je als een worst bij de kassa, maar efficiënt is het wel.


*




14 oktober, 2007

Er zijn van die momenten....







...... dat je wel zou willen, maar niet kan.

Vrijdagmorgen moest ik naar Tilburg, naar het ziekenhuis om de poliep uit m'n blaas te laten halen. De volgende morgen zou ik naar huis mogen gaan. Mooi niet dus. Pas vanmorgen, na twee nachten en een verlossend telefoontje van de (niet mijn) uroloog mocht ik naar huis.
Ik had wel eens in een ziekenhuis gelegen, maar niet in deze moderne tijd. (Behalve nog geen dag voor een meniscuskijkoperatie.) Ik mocht kiezen tussen gemengd en niet gemengd op zaal. Ik koos voor gemengd, twee mannen en twee vrouwen. De vrouwen lagen 1e klas
(aan het raam), zoals mijn lotgenoot mij fijntjes mededeelde, die grap zou hij nog meerdere malen herhalen. Toen hij het vanmorgen tegen de verpleegster had over taartjes en/of vlaaitjes die hij had geprobeerd te produceren de afgelopen nacht, en mij toevertrouwde dat hij in zijn snikkel ook een slangetje had zoals ik, en zijn vrouw als 'vrouwtje' betitelde, dacht ik: nu wil ik naar huis. Ondertussen had ik de Vogelgids van Hans Dorrestijn (ISBN 978 90 388 1451 3) helemaal doorgewerkt en heb me rot gelachen. Ik was het ziekenhuis ingegaan in de veronderstelling dat ik slechts één nacht hoefde te blijven, ik had daarom alleen een tandenborstel en Dorrestijn meegenomen. Een volgende keer hoop ik wijzer te zijn.
Gisterenavond ontdekte ik (het boek was uit en je moet wat) de aan/uit knop van het schermpje dat je naar je toe kan trekken. Geluid had ik niet, daarvoor moest de verpleging een head-setje geven, maar dat waren ze vergeten. (En ik vroeg er niet om, omdat ik dacht dat je daar voor moest betalen, net als voor de telefoon die naast het schermpje zit.) Een ramp was het niet, de dingen die ik de moeite waard vind om te zien zijn ondertiteld. Mijn buurvrouw dacht daar anders over, zij had wel zo'n setje en gebruikte het gelukkig ook. Na het 'uit-hebben' van de LIBELLE ging ze over op SBS6. Toen ik Dorrestijn uit- en zij niets meer te lezen
had, bood ik het haar aan. Zij heeft er in gekeken en er zelfs in gelezen, maar kopen zal ze het niet.
De andere vrouw 'op zaal' was in de negentig, een oud-boerin die in haar verzorgingstehuis 'onderuit' was gegaan, met als gevolg diverse botbreuken. Eén van haar bezoekers, waarvan ik eerst dacht dat het haar zoon was, zei OMA tegen haar. Hij heeft vee, begreep ik, koeien in alle leeftijden. "Stal genoeg, maar ik heb ze toch maar naar buiten geschopt", vertelde hij OMA en dus ook mij. Dat koeien gezond zijn als ze een warme, natte neus hebben wist ik, maar dat je bij koude oren op moest passen niet. Zo leer je nog eens wat.

Oh ja,
Mijn poliepen (het waren er meer dan één) zijn er uit, het deed geen pijn, maar dat doet het nu wel bij het plassen. Dat gaat over, is mij verteld. Ik heb het kunnen volgen op het scherm, de 'kaasschaafmethode', het wegbranden van de poliepen, prachtig om te zien. Maar ik ben bang dat er meer is, dat was al een beetje te zien op het scherm, na de dertigste weet ik meer.

Er zijn ergere dingen op de wereld.


^