Bij de sluis staat een wonderlijk, klein locomotiefje. Het goed in de verf gezette machientje staat op amper vier meter rails. Als monument van voorbije glorie. Ik heb geen flauw idee wat het daar te zoeken heeft.
Op mijn rondje door het dorp zie ik door een gat in de muur een stapel verroeste smalspoorrails liggen en een stap verder de overgroeide resten van trein onderstelletjes.
Op mijn rondje door het dorp zie ik door een gat in de muur een stapel verroeste smalspoorrails liggen en een stap verder de overgroeide resten van trein onderstelletjes.
Locomotieven en boten komen wel vaker bij elkaar. Tussen Denemarken en Duitsland vaart een veer waarop de trein als passagier plaats neemt, maar vaker is de locomotief een trekpaard, een constante kracht die met gestage tred schepen van A naar B versleept. Van Panama kanaal tot diep in de Ardennen.
Deze geredde locomotief heeft waarschijnlijk ooit over de rails gereden die ik door het gat in de muur zag.
Deze geredde locomotief heeft waarschijnlijk ooit over de rails gereden die ik door het gat in de muur zag.
Pas op het einde van mijn rondje zag ik het bord met uitleg. Niet dat ik alles begrijp, zeker niet de Franse tekst, maar in grote lijnen is het duidelijk.
Ergens in de buurt (waarschijnlijk zeer dichtbij) moet een tunnel zijn, een tunnel waar het kanaal tussen de L'Aisne en de Marne doorheen loopt. 'Tunnel Mont de Billy', ruim twee kilometer lang.
Het kanaal en dus ook de tunnel werden vroeger druk bevaren door de beroepsvaart. De tunnel had geen ventilatiesysteem, uitlaatgassen van scheepsmotoren, maar ook van diesellocomotieven bleven dus hangen en dat was voor niemand prettig. De oplossing was een elektrisch aangedreven locomotief en wel de CGTVN E 1601.
Ergens in de buurt (waarschijnlijk zeer dichtbij) moet een tunnel zijn, een tunnel waar het kanaal tussen de L'Aisne en de Marne doorheen loopt. 'Tunnel Mont de Billy', ruim twee kilometer lang.
Het kanaal en dus ook de tunnel werden vroeger druk bevaren door de beroepsvaart. De tunnel had geen ventilatiesysteem, uitlaatgassen van scheepsmotoren, maar ook van diesellocomotieven bleven dus hangen en dat was voor niemand prettig. De oplossing was een elektrisch aangedreven locomotief en wel de CGTVN E 1601.
Voor mij is niet duidelijk waar die locomotief zijn stroom vandaan haalde, want een bovenleiding of derde rails heb ik niet gezien.
Hoe dan ook, die locomotief trok de schepen door de tunnel zonder dat iemand het begaf door het inademen van giftige gassen.
Beroepsvaart heb ik op het kanaal niet gezien, maar pleziervaart des te meer. Ook die scheepjes draaien op dieselolie en stoten dus uitlaatgassen uit, maar het locomotiefje staat aan de kant. Hoe komen ze er dan doorheen? Ik ben vergeten het te vragen aan de schippers die er lagen, zij hadden mij het antwoord kunnen geven. Niet in het Frans, maar in het Hollands, want Hollanders lagen er genoeg.