V e g e t a r i ë r?
De Homo Sapiens is ooit als verzamelaar en jager begonnen om in z'n voedselbehoefte te voorzien. Als alleseter kon hij overleven.
De moderne westerse mens verzamelt praktisch niet meer en jaagt meestal alleen voor het plezier. Zelfs het 'wild' dat met enig geluk bij de poelier aan te schaffen is, is meestal gefokt en in afgesloten ruimtes gehouden. Als wij bij de nu ter ziele zijnde dorpspoelier (buiten de kersttijd) vroegen om konijn was die nooit voorradig maar kon altijd 'besteld' worden. Dat beestje kwam dan niet meer zoals niet erg lang geleden normaal was bij een plaatselijke konijnenfokker vandaan, maar bij de Sligro.
'Eerlijk' vlees is een omstreden begrip, want wees nou eerlijk, wij (?) weten als consument niet meer wat eerlijk is. Ook niet wat 'heerlijk' is omdat we eigenlijk niet meer weten hoe iets smaken moet.
Je kunt daar iets aan doen door zelf zo nu en dan iets te maken, bijvoorbeeld een paté. Alleen al het feit dat die paté zelfgemaakt is doet 'm beter smaken.
Het mooiste zou zijn als wij de paté konden maken van 'volledig verantwoord' vlees, maar dat is niet haalbaar, niet omdat wij het hier niet kunnen krijgen (hoewel?), maar omdat dat een vermogen kost. Dat is nou precies waar elke goedwillende consument tegenaan hikt en waar sommige grootgrutters met hun 'groene' labels (en prijzen) nu op in spelen. (Onder het mom van diervriendelijk produceren.)
Deze speklapjes en het varkensvlees komen bij de super vandaan, de lever bij de slager in het dorp (gaat u zelf paté maken mevrouw?) de tijm, knoflook en laurier uit eigen tuin.
Twee dorpen verder heeft Kees Janson een slagerij, hij verkoopt 'eerlijk' vlees. Hij maakt worst (Salami de Cornelio) en verrukkelijke paté's. Ook kan je bij hem op cursus om te leren een goede paté te maken, maar dat hebben wij nooit gedaan.
Morgen zullen we vertellen of ook deze heerlijkheid in de annalen bijgeschreven mag worden.
De moderne westerse mens verzamelt praktisch niet meer en jaagt meestal alleen voor het plezier. Zelfs het 'wild' dat met enig geluk bij de poelier aan te schaffen is, is meestal gefokt en in afgesloten ruimtes gehouden. Als wij bij de nu ter ziele zijnde dorpspoelier (buiten de kersttijd) vroegen om konijn was die nooit voorradig maar kon altijd 'besteld' worden. Dat beestje kwam dan niet meer zoals niet erg lang geleden normaal was bij een plaatselijke konijnenfokker vandaan, maar bij de Sligro.
'Eerlijk' vlees is een omstreden begrip, want wees nou eerlijk, wij (?) weten als consument niet meer wat eerlijk is. Ook niet wat 'heerlijk' is omdat we eigenlijk niet meer weten hoe iets smaken moet.
Je kunt daar iets aan doen door zelf zo nu en dan iets te maken, bijvoorbeeld een paté. Alleen al het feit dat die paté zelfgemaakt is doet 'm beter smaken.
Het mooiste zou zijn als wij de paté konden maken van 'volledig verantwoord' vlees, maar dat is niet haalbaar, niet omdat wij het hier niet kunnen krijgen (hoewel?), maar omdat dat een vermogen kost. Dat is nou precies waar elke goedwillende consument tegenaan hikt en waar sommige grootgrutters met hun 'groene' labels (en prijzen) nu op in spelen. (Onder het mom van diervriendelijk produceren.)
Deze speklapjes en het varkensvlees komen bij de super vandaan, de lever bij de slager in het dorp (gaat u zelf paté maken mevrouw?) de tijm, knoflook en laurier uit eigen tuin.
Twee dorpen verder heeft Kees Janson een slagerij, hij verkoopt 'eerlijk' vlees. Hij maakt worst (Salami de Cornelio) en verrukkelijke paté's. Ook kan je bij hem op cursus om te leren een goede paté te maken, maar dat hebben wij nooit gedaan.
Morgen zullen we vertellen of ook deze heerlijkheid in de annalen bijgeschreven mag worden.